Zoetstof op basis van stevia – of steviolglycosiden, extracten van de plant Stevia Rebaudiana – is sinds 2010 toegestaan in de Europese Unie. Zoals voor elke laagcalorische zoetstof specificeren de voorschriften welke voedingsproducten en dranken de zoetstof mogen bevatten en in welke hoeveelheid.
Die procedure is bedoeld om te garanderen dat de consumptie van de zoetstof perfect veilig is voor de consument, ook voor grootgebruikers. Momenteel staan koffie, thee en kruidenthee niet op de lijst van voedingsproducten die mogen worden gezoet met steviolglycosiden. Maar dat zou dus in de toekomst gaan veranderen.
De Europese Commissie heeft namelijk aan de EFSA gevraagd om zich uit te spreken over de uitbreiding van het assortiment producten dat mag worden gezoet met steviolglycosiden, en om ook koffie, thee, cichorei, kruiden- en vruchteninfusies op te nemen in de lijst, ook in instantvorm. De Autoriteit heeft daarop een simulatie uitgevoerd om te kunnen schatten tot welk niveau de consumptie van steviolglycosiden zou stijgen als gevolg van een dergelijke uitbreiding. Daarbij werd rekening gehouden met de consumptieniveaus in de verschillende EU-landen.
Uit die oefening blijkt dat de consumptieveiligheid van de zoetstof verzekerd blijft, wat het EFSA-panel ertoe aanzette een positief advies uit te vaardigen over de uitbreiding van de categorie voedingsproducten die mogen worden gezoet met steviolglycosiden. De indianen uit Paraguay gebruiken de steviaplant – waaruit de steviolglycosiden worden gewonnen – bijvoorbeeld al meer dan 2000 jaar in hun infusies!